"Best opvallend dat FC Twente nooit meer voor een clubman koos"
Voetbaljournalist Bart Vlietstra onderzocht of het slim is om een echte clubman aan te stellen als coach. De journalist van De Volkskrant ziet bij FC Twente dat Fred Rutten de enige clubman was die werd aangesteld als trainer.
Qua punten werd Rutten alleen overtroffen door twee buitenlandse coaches. Onder een clubman wordt, in het onderzoek van De Volkskrant, een trainer verstaan die minimaal dertig Eredivisiewedstrijden in het eerste elftal heeft gespeeld van de club die hij coachte of gecoacht heeft. "In zijn eerste periode (1999-2001) won Rutten de beker, in zijn tweede (2006-2008) behaalde hij iets minder punten (gemiddeld 1,88) dan voorganger Jan van Staa (1,92), maar plaatste Twente zich wel via de play-offs voor de voorronde van de Champions League", schrijft Vlietstra in De Volkskrant . "Hij werd daarna overvleugeld door buitenlandse coaches. De Brit Steve McClaren werd tweede en daarna zelfs kampioen. McClaren overlegt het beste gemiddelde der Twente-coaches: 2,28." "Ook zijn Belgische opvolger Michel Preud’homme (2,09) presteerde beter dan Rutten en won daarnaast de beker", vervolgt Vlietstra. "Marino Pusic loodste Twente later direct na de degradatie in 2018 naar het kampioenschap van de eerste divisie. Gonzalo Garcia overlegt dan weer een mager gemiddelde (1,04), zeker in vergelijking met de huidige coach Ron Jans (1,66), maar het is nog altijd veel beter dan de dramatische score van Gertjan Verbeek (0,56) in het degradatiejaar." Vlietstra besluit: "Door de extreme schommelingen in budget is het bij Twente lastig vergelijken. Toch is het best opvallend dat ‘de Trots van het Oosten’ nooit meer voor een clubman koos, want Rutten presteerde uiteindelijk qua puntengemiddelde beter dan de buitenstaanders: 1,88 om 1,6."