Jansen: "Wilde geen profvoetballer worden om heel rijk te worden"
Renate Jansen speelt al ruim dertien jaar bij Oranje. In die jaren heeft ze alles 'waanzinnig' zien veranderen, zo vertelt de ervaren speelster van FC Twente Vrouwen aan het ANP.
In 2010 maakte Jansen haar debuut voor de Leeuwinnen. "Ik weet nog dat wij moesten vliegen naar die uitwedstrijd tegen Slowakije. Ik zat als broekie ineens naast Daphne Koster in het vliegtuig. Toen dacht ik: wow", zegt de aanvalster. Tijdens dit WK was ze met haar 32 jaar een van de oudere speelsters en nam ze jongelingen als Wieke Kaptein (17) en Esmee Brugts (net 20) onder haar hoede. "Die jonge speelsters zijn beter dan wij waren op die leeftijd. Ze worden beter getraind, mogen vaker bij jongens in het team en dat zie je aan de kwaliteit terug. De aanwas van speelsters is ook veel groter geworden", merkt Jansen op. Een van de grootste verschillen is de betaling van de speelsters. "Toen ik begon, was er gewoon een soort dagvergoeding. Je moest je werk en je maatschappelijke carrière achter je laten. Er werd verwacht dat je best veel opgaf voor best weinig", weet de aanvalster nog. "Niet iedereen had dat ervoor over. Wie nu in de eredivisie komt, kan rekenen op een team dat ook gewoon goed betaalt." Ook deelname aan het WK zorgt voor een mooi zakcentje. "Ik wilde voetballen omdat ik het spelletje leuk vond. Ik wilde geen profvoetballer worden om heel rijk te worden. Maar door dit soort randvoorwaarden kunnen jonge meisjes er wel van dromen om profvoetballer te worden", aldus Jansen.