Van Staa: "Deze speler hoort ook gewoon linkerspits te spelen"

"Rots speelde, met name ook met Peersman af te stoppen. We hebben gezien: dat werkte niet helemaal", begint Tijmen van Wissing in De Oosttribune. "Pjaca valt dan in. Geweldige redding van Etienne Vaessen, die wel mocht keepen. Maar Pjaca is wel echt een speler die van links naar binnen moet."

Jansen reageert: "Je ziet wel... Bij die kans, krijgt hij een crossbal en dan die aanname... Dat herken ik wel, dan voel je je lekker. Dan ben je gelijk onderweg in die actie, dan denk je van: Nu gaat er wat gebeuren. En dat heeft hij op de rechterkant toch wat minder. En voor de wedstrijd kwam Van den Brom bij ons aan de desk en die zei eigenlijk van: Hij is wat onbetrouwbaar als we de bal niet hebben."

"Maar die gaf ook wel aan van: Hij zit er gewoon niet zo lekker in. Ik kan me wel voorstellen dat die Pjaca ook gewoon gezegd heeft van: Maar trainer, als jij wil dat ik er lekker in zit, dan moet je me links laten spelen", aldus Jansen. Volgens Van Wissing was Sondre Ørjasæter 'een beetje ziekjes'. "Dus ik snap ook wel dat je als trainer zo denkt."

Jansen noemt Ørjasæter een 'rare speler'. "Want die heeft acties waarbij ik denk: Wow, wat een niveau heeft deze gozer. Maar daarna is het dan ook weer weg." Van Wissing: "Hij is niet gek op doelpunten maken. Hij maakte tegen Rohda Raalte zijn eerste doelpunt. Hij draait een of twee keer weg op een hele drukke zijlijn, geweldig."

Jan van Staa krijgt vervolgens de vraag hoe hij het aan zou pakken met Pjaca en Ørjasæter. "Je haalt zo'n speler, met dat kaliber, op. En je hebt al een hele dure buitenspeler gekocht (Ørjasæter, red.). Dat is het dilemma. Maar deze speler hoort ook gewoon linkerspits te spelen."

"Zou je hem niet in de spits kunnen zetten?", vraagt Van Wissing. "Want Van Wolfswinkel heb ik niet gezien. Sam Lammers komt er weer een beetje aan." Van Staa besluit: "Ik weet niet of je Pjaca als alternatief in de spits kan gebruiken. Kwalitatief moet hij gewoon spelen."