Van Wolfswinkel beseft: "Wil je vierde worden, dan kan dat niet"

"Je kunt natuurlijk ook slachtoffer worden van je eigen succes", zegt Van Wolfswinkel in De Twaalfde Man. "We moeten niet vergeten dat we vorig jaar heel matig begonnen en dat ons voetbal niet zo hoogstaand was. Na de winterstop was dat wel veel beter en hadden we meestal ook een overwicht. Maar we moeten niet denken dat het ook dit seizoen wel goed komt. we moeten bereid zijn extra meters te maken en bij elkaar te blijven, daardoor haal je ook resultaten."

Van Wolfswinkel was zelf lange tijd minder op schot dan vorig seizoen, maar maakte zich geen zorgen. "Vorig seizoen moesten de doelpunten zo'n beetje van mij komen", reageert hij. "Robin Pröpper was lang de tweede topscorer. Dimitris Limnios haalde op het eind met een mooie serie de acht nog. Achter hem zat Michel Vlap met vier. Wil je vierde worden, dan kan dat niet. Achter de spits moet een aantal anderen er ook heel wat maken. Gelukkig gebeurt dat tot nu toe wel. Er zijn er nu meer die scoren."

Vorig seizoen kreeg FC Twente ook meer strafschoppen, die vaak benut werden door Van Wolfswinkel. "Het nemen van een strafschop zie ik als het pakken van mijn verantwoordelijkheid door ze te nemen. Er zijn momenten in een wedstrijd dat iedereen 'm wel wil nemen, maar ook dat niemand achter de bal wil gaan staan. De vraag is hoe je erin staat als het bijvoorbeeld gebeurt in de finale van de beker. Of als je 'm in de laatste minuut van de wedstrijd moet nemen het beslissend kan zijn. Dan draag je immers ook de consequenties van de afloop", besluit hij.